Veranderen? Herken je denkpatronen
Jij wilt als ondernemer je doel bereiken, maar je merkt dat je continu in dezelfde valkuil stapt. Onbewust val je terug in je oude patronen. En daar wil je juist vanaf! Je wilt je patronen doorbreken. Een eerste stap daarin was om patronen te leren herkennen. Maar welke patronen zijn er? Een type patronen dat je zou kunnen herkennen zijn denkpatronen.
Definitie van denken
Over denkpatronen kan je een compleet boek schrijven. Al eeuwen lang wordt er nagedacht en gesproken over wat ons denken nu precies is. Eén van de beste beschrijvingen van denken die ik heb kunnen vinden is:
‘Het innerlijk of psychisch overwegen van belangen en inzichten, met auditieve of visuele, persoonlijke of onpersoonlijke, concrete of abstracte, voorstellingen of cognities naar een zekere logica of methodische orde van afweging, een denkmodel of een bepaalde causaliteit’. bron: encyclo.nl
Met deze definitie van denken kan je alle kanten op. En zeker voor een ondernemer is dit concreet genoeg. Daar heb je dus niet veel aan wanneer je iets wilt weten over denkpatronen. Daarom hou ik het hier eenvoudig en baseer ik me op wat ik in mijn praktijk waarneem.
Patronen zijn aangeleerd
Denkpatronen zou je kunnen omschrijven als bouwwerken van gedachten. Gedachten zijn mentale processen waarbij je intern ergens woorden aan geeft en/of daar beelden bij creëert. Het zijn ideeën die je krijgt, het is de film die je intern afdraait tijdens dagdromen, het zijn de discussies die je met jezelf voert als je voor een keuze staat. Het maakt daarbij niet uit of je in de rol van ZZP-er zit of in die van privé persoon.
Die bouwwerken van gedachten komen voort uit de dingen die je zijn aangeleerd in het verleden. Op school, door waarden die je hebt meegekregen van je ouders, door talloze ervaringen, positief en negatief. Hieraan heb je woorden gegeven, en je hebt er vaak ook beelden bij gevormd.
Denkpatronen bestaan eenvoudig gezegd uit twee onderdelen die direct met elkaar in verband staan: overtuigingen en verhalen. Overtuigingen zijn meningen waarvan je je meestal niet bewust bent. Je gelooft er in omdat ze je ooit zijn aangeleerd. Voorbeelden van overtuigingen zijn ‘ik kan die klant niet binnenhalen, want…’ of ‘ik weet zeker dat ik niet gemaakt ben om ZZP-er te zijn’. Het zijn persoonlijke waarheden over jezelf en de wereld om je heen. Aangeleerde mentale regels die bepalen hoe jij de wereld waarneemt en hoe je gebeurtenissen classificeert.
Halfvol of halfleeg?
Hierdoor kunnen twee mensen totaal verschillend naar exact dezelfde situatie kijken. De ene ziet het glas als halfvol en de andere als halfleeg, terwijl het exact hetzelfde glas is dat voor ze staat, met precies dezelfde hoeveelheid water.
Overtuigingen bepalen in grote mate hoe effectief en succesvol je bent als ZZP-er. Wanneer jij ervan overtuigd bent dat je niet kunt veranderen, dan is de kans groot dat je er nooit aan zult beginnen. Wanneer je zeker weet dat je het wel kunt, dan is de kans groter dat je eraan begint en het ook volhoudt.
Op je overtuigingen zijn weer verhalen gebaseerd. We vertellen ons zelf de hele dag door verhalen. Verhalen kunnen zowel positief als negatief zijn en ze zijn erop gericht om voor jezelf een context te scheppen. Ze geven lijn aan zaken die anders onsamenhangend en chaotisch zouden lijken.
Dat is het voordeel. Maar een nadeel van verhalen is dat ze ons kunnen voorzien van een scala aan smoesjes en uitvluchten. Dat zie ik veel als ik in mijn trainingen jongleren gebruik als instrument. Jongleren is namelijk een prachtige metafoor voor leren loslaten, kaders scheppen en omgaan met tegenslag.
Leer loslaten
Tijdens de training zijn er altijd een paar mensen die de overtuiging hebben: ‘Ik kan niet jongleren’. Maar dat is niet het enige. Ze hebben er ook nog een heel verhaal bij. Het is hun verklaring waarom de overtuiging klopt. Het verhaal begint meestal met het woord ‘omdat’ of ‘want’. Dit is een duidelijk voorbeeld van een denkpatroon.
Eén van de verhalen die ik regelmatig hoor is ‘Ik kan niet jongleren, want ik ben motorisch niet zo sterk, ik laat altijd alles uit mijn handen vallen, ik ben meer iemand voor schrijven en lezen.’ Een andere: ‘Ik kan niet jongleren, omdat ik dit als kind ook nooit heb gekund, ik was altijd heel onhandig met balspelletjes, en ik vind het ook niet leuk.’
Wanneer het mij als trainer niet lukt om de beperkende overtuiging en het bijbehorende verhaal aan te passen, dan wordt het een onmogelijke zaak om ze te leren jongleren. Zelfs als ik ze vertel dat iedereen met twee werkende handen en een werkend hoofd kan jongleren. Iedere keer dat ze een bal laten vallen zien ze dan de bevestiging van wat ze al wisten. Dat ze niet kunnen jongleren.
Laten ze hun overtuiging wél los, dan zien ze het vallen van de bal niet als bevestiging, maar als uitdaging om het nog eens te proberen. Hun overtuiging en hun verhaal zijn dan vaak veranderd in: ‘Ik kan best jongleren, want ik heb alleen maar werkende handen en een werkend hoofd nodig, en die heb ik, net als de anderen die hier zijn. Ik zal dus wat moeten oefenen, en dan gaat het me gewoon lukken, net als iedereen.’
Met wortel en al
Het lastige van denkpatronen is dat ze deels onbewust zijn. Je zou ze kunnen zien als een plant. Het gedeelte dat voor jezelf zichtbaar is, bevindt zich boven de grond. Dit zijn vooral de verhalen die je vertelt. Die ken je vaak ook wel. Maar de wortel is minstens zo belangrijk, al zie je die niet. En overtuigingen zijn als wortels. Een plant die niet past in je tuin kun je het best met wortel en al uit de grond te trekken, anders blijft hij steeds opnieuw uit de grond schieten. Haal je hem in zijn geheel weg, dan vindt er een paradigmaverschuiving plaats. Er komen direct andere planten op. De Afrikaanse natuurfilosoof en bioloog Baba Dioum vat het prachtig samen. Hij zegt:
‘Want uiteindelijk bewaren we alleen waar we van houden, we houden alleen van wat we begrijpen en we begrijpen alleen wat ons is bijgebracht’.
En dat geldt ook voor je overtuigingen als ZZP-er. Als jij jezelf de ruimte geeft om je denkpatronen te doorbreken, dan gaat het je lukken en bereik jij je doel!
Zelf aan de slag
Opdracht: Beantwoord onderstaande vragen:
- welke verhalen vertel jij jezelf die slecht zijn voor je zelfvertrouwen?
- Met welke beperkende overtuiging kunnen deze verhalen verbonden zijn?
- Welke helpende overtuiging zou je er tegenover kunnen zetten?